Bloemplanten

Er wordt verondersteld dat alle bedektzadigen zijn voortgekomen uit één moedersoort die toen ongeveer 200 miljoen jaar geleden leefde.

Het succes van bloemplanten schuilt voornamelijk in het sneller kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden, makkelijker gaat bij organismen met een korte levenscyclus. Dit was een van de factoren waarin de naaktzadigen met hun langdurige zaadvorming het moesten afleggen tegen de opkomende bloemplanten. Ander factoren zijn het inschakelen van insecten en het beschikking over betere houtvaten. Met de opkomst van de bloemplanten kwam er voor het eerst kleur in de flora.

Bloemen zijn ontstaan uit gespecialiseerde bladeren, waarbij de schutbladen, kelkbladen, kroonbladen, stuifmeelbladen en vruchtbladen los ingeplant staan op de tak. Door beter omhulling van de zaden zijn zij beter beschermd tegen regen, wind en vraat. Door de zaden te omhullen in eetbare vruchten worden dieren zoals knaagdieren en vogels ingeschakeld bij de zaadverspreiding.